5 Wandeltips voor je zomervakantie in Zwitserland
Nu de zomervakantie langzaam maar zeker dichterbij komt, wordt het tijd om over je vakantiebestemming na te gaan denken (mocht je dit nog niet hebben gedaan). Voor wandelliefhebbers is Zwitserland de moeite van het overwegen meer dan waard. Het Alpenland beschikt niet alleen over hoge bergtoppen en prachtige natuur, maar ook over een uitstekende infrastructuur voor wandelaars. In Zwitserland ligt in totaal meer dan 60.000 kilometer aan gemarkeerde wandelpaden! Uit deze overvloed de juiste route kiezen, dat kan soms lastig zijn. Om je een handje te helpen zijn hier alvast 5 suggesties voor je zomervakantie.
1: Eigertrail
Samen met de Jungfrau en de Mönch vormt de Eiger de beroemde drie-eenheid van de Zwitserse Alpen. Deze top van bijna 4.000 meter hoogte is al jaren geliefd onder bergbeklimmers. Maar ook zonder jezelf aan een touw omhoog te hijsen kan je van dit indrukwekkende natuurschouwspel genieten, zoals de Eigertrail. Deze wandeling start op 2.320 meter hoogte bij station Eigergletsjer. Vanaf hier daalt de route 700 meter over steile rotshellingen en groene alpenweiden. Onderwijl heb je prachtig uitzicht op Eigernordwand, de bijna loodrechte flank van de berg. Een schitterende route, met slechts een nadeel: om bij het beginstation te komen moet je de Jungfraubahn nemen, wat behoorlijk prijzig kan uitvallen.
2: Areusekloof
Deze 11 kilometer lange wandeling gaat van Noiraigues naar Boudry en volgt daarbij de loop van de Areuse. Dit riviertje heeft zich in de loop der eeuwen een weg gebaand door het Jura gebergte en daarbij een diepe kloof geschapen. Via grindpaden en stenen bruggetjes loop je door dit natuurspektakel, met steeds uitzicht op de luidruchtige waterstroom in de diepte. Vanwege de relatief kleine hoogteverschillen is deze wandeling ook geschikt voor gezinnen met kinderen. Eenmaal in Boudry aangekomen kan je de met de trein terug naar je beginpunt rijden.
3: Trans Swiss Trail
Deze langeafstandswandeling start in Porunty aan de Franse grens en kruist dwars door te Alpen, om uit te komen in Lugano. Het hele traject beslaat 488 kilometer, opgedeeld in 32 etappes. Hierbij kom je zo’n beetje langs alles wat Zwitserland de moeite waard maakt: de wilde Jura, het mystieke Emmental, de legendarische Gotthard, de hoofdstad Bern en het schilderachtige Ticino. Je kan deze route in één keer lopen door van berghut naar berghut te trekken. Wil je het wat rustiger aan doen? Dan is het wellicht een beter idee om via interhome.be een vakantiewoning langs de route te boeken. Dit heeft als voordeel dat je helemaal zelf je tempo bepaalt. Zo kan je bijvoorbeeld de route in stukken knippen; een paar dagen verschillende etappes van de Trail lopen en tussendoor een paar rustdagen inlassen. Na al dat lopen is het ook wel een lekker om schattige Zwitsers plaatsje te bezoeken, of gewoon in het zwembad rond te dobberen.
4: Aletschgletsjer
De Aletschgletsjer is met zijn 11 miljard ton ijs de grootste van zijn soort in de Alpen. Omdat hij bovendien optimaal en goed toegankelijk gelegen is, is de ijsmassa tevens een populaire wandelbestemming. Vanwege de grote omvang van de gletsjer, zijn er tal van uitzichtpunten om uit te kiezen. Een goed begin zou echter zijn om via de kabelbaan naar de Bettmerhorn te gaan. Vanaf hier heb je verschillende wandelmogelijkheden, zo kan je bijvoorbeeld langs de rand van de Aletschgletsjer 3,5 kilometer afdalen naar de Märjelesee, een klein bergmeer dat door smeltwater van de gletsjer wordt gevoed. Vanuit hier kan je via een voetgangerstunnel naar de Fiescheralp lopen, een leuke belevenis die de ervaring extra bijzonder maakt.
5: Terrasses de Lavaux
Net zoals Frankrijk en Duitsland heeft ook Zwitserland zijn eigen wijnroute, die van Lavaux. Deze wandeling van 11,7 kilometer loopt langs de oevers van het meer van Genève. Hierbij wandel je dwars door het 800 hectare grote wijnbouwgebied van Lavaux, het grootste van Zwitserland. Vanwege de steile berghellingen zijn de wijnranken op terrassen geplaatst, die sinds 2007 op de UNESCO-werelderfgoedlijst staan. Vergeet vooral niet onderweg in het middeleeuwse dorpje St-Saphorin te stoppen, om een glaasje Chasselas te proeven.