Voorpret! Eifelsteig: Over Oude Belgen, Romeinen en oerbossen
De Duitse Bondsstaat Nordrhein-Westfalen associëren we niet direct met ongerepte natuur. Ten zuiden van Aken echter ligt Nationalpark Eifel. Het is de parel in de kroon van een afwisselend en geschiedenisrijk heuvellandschap dat je wellicht het best al wandelend over de meerdaagse Eifelsteig kunt verkennen.
Het hele verhaal lees je in het komende nummer van Wandelmagazine, wij geven je hier alvast een voorproefje
Tekst & foto’s Jonathan Vandevoorde
Samen met mijn buurman loop ik een weekend enkele stukken tussen Einruhr en Nettersheim, een mooi tracé dat ons onder andere door Burg Vogelsang en het Nationalpark Eifel voert. Vanuit het toeristenplaatsje Einruhr gaat het meteen omhoog, het nationaal park in, het enige in de dichtbevolkte bondsstaat. Naaldbomen maken plaats voor beuken (Fagus silvatica), ooit de meest voorkomende boomsoort in Midden-Europa. Het nationaalpark beschermt een gebied dat ‘slechts’ 15.000 voetbalvelden groot is en streeft ernaar om het beukenwoud helemaal terug te laten komen. De drie stuwmeren die door het park kringelen zijn ontstaan aan het begin van de twintigste eeuw toen hier de – toentertijd – grootste stuwdammen ter wereld werden gebouwd, en waren van in het begin al een toeristische trekpleister.
We hebben een verkwikkende nacht in het salvatorianenklooster in Steinfeld achter de rug, onze standplaats. Het klooster is een labyrint van gangen. “Dit moet bijna zo groot zijn als Vogelsang”, opperde mijn buurman toen we gisterenavond voor het eerst de gotische eetzaal moesten vinden. En zoals de Eifelsteig zelf is de route er naartoe uitstekend bewegwijzerd, gelukkig maar. We zijn er ook achter gekomen dat de Duitse definitie van Brotmahlzeit iets afwijkt van wat wij gewend zijn: op het menu stonden frieten, kippenbouten, verse salades, charcuterie, kaasplankje en (jawel) vijf soorten brood, en dat
voor acht euro. We legden er met plezier nog eens achtenhalve euro op toe voor die alleraardigste fles rode moezelwijn om het allemaal weg te spoelen.
We lopen door schitterende lappen beukenbos, langs boerenvelden en jachthutjes, steken een wild beekje over en houden pauze op een hooggelegen uitzichtpunt, waarvan er tientallen zijn, allemaal netjes als Eifelblick bewegwijzerd. Op de grond zie ik opvallend veel plekken waar everzwijnen de bodem omgewoeld hebben, op zoek naar sappige larven.
Het hele verhaal lezen? Je vindt het in het in het komend nummer van Wandelmagazine. Dit nummer niet missen, maar nog geen abonnee? Neem vóór maandag 27 augustus 16:00 uur een abonnement. Profiteer van de speciale aanbieding: 1 jaar Wandelmagazine van €28,50 voor slechts €16,95