terug

Stevig stijgen in het Westerwald

In het van oorsprong vulkanische landschap van het Westerwald is de natuur veelzijdig: hoogvlakten wisselen zich af met steile hellingen en diepe bossen naar het dal – zoals dat van de Wied. Maar ook historisch is het Westerwald een bijzonder boeiende streek om te verkennen. Een wandeling over de Westerwaldsteig.

Onze trein komt aan in Au (Sieg). In Hamm, een kilometer verderop, ontmoeten we in herberg Alte Vogtei Polizist Joseph Rüth, tot voor kort rechercheur in Koblenz. Hij stond aan de basis van het ontstaan van het westelijke deel van de Westerwaldsteig. “Vroeger trok de mensen hier weg”, legt Joseph uit. “Eerst ’s zomers naar Holland om Keulse potten te verkopen, later waagden ze de oversteek naar Amerika. Want de afgelopen anderhalve eeuw trok de industrie van het Ruhrgebied het Westerwald leeg.” Nu gaat het precies andersom. Met de autotrein ben je zo op je werk in Koblenz, Bonn of Keulen. Veel mensen geven dan de voorkeur aan de rust, het groen en de Gemütlichkeit van het Westerwald. “Ik heb zelf jarenlang gependeld naar het politiebureau in Koblenz. Dat doe ik niet meer”, lacht hij vriendelijk. “Ik ben nu lekker bezig met de Westerwaldsteig.”

Raiffeisenland

Het vakwerkhuis Alte Vogtei, vroeger bestuurscentrum, is nu een herberg vol knusse hoekjes en gelagkamers. Hier werd Friedrich Wilhelm Raiffeisen geboren, de man van de bank. Het gebied rond Flammersfeld wordt Raiffeisenland genoemd. Het dankt zijn naam aan de grote sociale hervormer Friedrich Wilhelm Raiffeisen (1818-1888), die tijdens zijn vier jaar als burgemeester de coöperatieve beweging stichtte. Raiffeisen zag het leed van de plattelandsbevolking, die na misoogsten was aangewezen op woekeraars. Hij richtte de Flammersfelder Hülfsverein zur Unterstützung unbemittelter Landwirte (Flammersfeldse Hulpvereniging ter ondersteuning van onbemiddelde boeren) op – de eerste coöperatie ter wereld.

Hier konden boeren geld sparen dat andere boeren op hun beurt konden opnemen als goedkope lening voor de aankoop van vee en landbouwwerktuigen. Als vooruitziende politicus zorgde Raiffeisen ook voor de ontsluiting van het platteland. Om de afzet van landbouwproducten te bevorderen liet hij een weg aanleggen van Weyerbusch via Flammersfeld naar Neuwied aan de Rijn. Later werd deze weg verlengd naar Hamm am Sieg. Het historische tracé valt goeddeels samen met de huidige Bundesstrasse B256. Sinds 1984 heet deze weg dan ook Raiffeisenstraße. Naast wegenbouw zorgde Raiffeisen ook voor herbebossing en de aanleg van de Westerwaldspoorlijn.

Einde van de Wereld

Het ligt niet voor de hand om een vierdaagse tocht langs de Westerwaldsteig bij Ahlhausen aan het ‘Ende der Welt’ te beginnen. Maar zo krijg je meteen door welke fysieke uitdagingen en schone vergezichten dit Qualitätspfad in petto heeft. Een oversteek over stapstenen door de snelstromende Nister, zoals vroeger de kinderen op weg naar hun school, blijft ons bespaard. Nu is er een betonnen voetgangersbruggetje hoog boven het heldere water. Daarna is er meteen een smal geitenpaadje langs de steile helling omhoog. Trittsicherheit aanbevolen. Het gaat op en neer over grijze rotspunten en onder de oksels van mossige boomstammen. We maken dankbaar gebruik van de staalkabels die hier en daar houvast bieden. Best inspannend dus, maar ook confronterend; onze schooldagen, waar fysieke grenzen niet leken te bestaan, voelen een eeuwigheid geleden. Dit soort stevige klimmetjes krijgen we de hele tocht voorgeschoteld, evenals de beloning: een weids uitzicht over bontgekleurde hellingen vol beuken in herfsttooi. En overal plukjes witte vakwerkhuizen. Al zou je dat op het eerste gezicht niet zeggen, het Westerwald is eigenlijk dichtbevolkt. Maar ook in het verleden was het hier druk met mijnbouw, pottenbakken (Keulse potten), land- en bosbouw.

Het Wiedpanorama.

Lichtknopjes

Vanaf Peterslahr volgt ons pad het dal van de Wied. Even buiten het dorpje verdwijnt het in een donkere spoortunnel waarmee een lange bocht van de rivier wordt afgesneden. De rails zijn allang opgedoekt. Het sombere herfstlicht maakt dat we amper kunnen zien waar we onze voeten neerzet ten. Gelukkig heeft Joseph voor lichtknopjes gezorgd, dus klikken we de verlichting aan. Net als we de tunnel verlaten, floept het licht weer uit. Allemaal goed geregeld hier. Jammer genoeg buigt het pad direct na de tunnel van het vlakke spoortracé weer omhoog. Eerst door donker bos, dan weer door een wei waar een herkauwende koe ons ondoorgrondelijk aanstaart.

Regelmatig duikt er in de nevel een parkje vol triest ogende vakantiehuisjes op. Niet voor niks is het overgrote deel in deze sombere oktoberdagen verlaten. Toch zit er soms een oudere man achter een raam de krant te lezen. Zou hier de achterzijde van de Duitse samenleving met zijn ‘Ein-Euro-Jobs’ zich hier staande proberen te houden? Een kaarsrecht geitenpaadje door kleurrijke herfstbladeren omhoog doet de opkomende somberte verdwijnen. Pas als we boven zijn en een blik op de Manrothersee kunnen werpen klaart het op. Het meertje in de diepte ligt in een oude vulkaankrater. Vlak boven het water zijn de basaltkolommen zichtbaar die gevormd zijn in de lava die hier 5 tot 8 miljoen jaar geleden opwelde.

Fruitbomen

De benedenloop van de Wied tussen Neustadt en Neuwied vormt het mooiste gedeelte van de rivier. De diep ingesneden waterloop wordt gekarakteriseerd door de voortdurende wisseling van engtes en verbredingen tot een halve kilometer breedte aan toe. De overwegend natuurlijke, kronkelende loop van de Wied en haar zijbeken draagt bij aan het beeld van een oorspronkelijk rivierenlandschap van het middelgebergte. De steile hellingen van de valleien zijn veelal bebost. De bodem van het dal en de minder steile hellingen dienen vaak als weide- en hooiland. Daar vind je ook de Streuobstwiesen, hoogstamfruitbomen waaronder het vee kan weiden. Omdat rendabele exploitatie tegenwoordig amper mogelijk is, worden ze vaak niet langer onderhouden. Het natuurpark Rhein-Westerwald streeft ernaar deze oude boomgaarden te behouden.

Klooster Marienthal.

Rooms bolwerk

Via Waldbreitbach, een kuuroord met een lange traditie, bereiken we het roomse bolwerk Hausen. Hier staat op elke heuveltop een klooster. De geschiedenis van de streek is nauw verbonden met de franciscaner broeders van het Heilig Kruis uit 1862. Kiemcel van de broeders was de Waldbreitbacherkapel van het Heilig Kruis, waar vrome ambachtslieden bijeenkwamen onder leiding van schoen maker Peter Wirth. Na de oprichting van de orde werd Peter broeder Jakobus. Vier jaar later al bouwden de franciscanen hun eigen klooster: het St. Joseph Haus. De intieme kloosterkerk dateert uit 1905.

Achter het St. Joseph Haus ligt een groot park met historische bomen, de gebruikelijke Lourdesgrot en een Antonius-Bronne. Ten zuidwesten van Hausen ligt de Malberg (373 m), de hoogste top in de verre omgeving, waar tot 1932 basalt werd gewonnen. In de ontstane krater ligt de pittoreske Malbergsee. Op de oostflank van de berg voert een basalten Lehrpfad naar de top met een panoramisch uitzicht. In de winter biedt de 470 meter lange helling de langste skipiste in de verre omstreken. Verderop komen we de eerste wachttoren van de Romeinse limes tegen. Vandaar dalen we af over een kronkelende en steile, beeldschone holle weg. We lopen door een tunnel van herfstkleuren. Boven ons de bomen die nog stevig in het blad zitten; onder en naast ons de bladeren die al gevallen zijn. Onze eindbestemming is de Caput Limitis, het vertrekpunt van de Limes in Bad Hönningen, in 2005 als Werelderfgoed erkend.

Wil je meer weten over het bekroonde wandelgebied Rijnland-Palts? Lees het hier!

Praktische informatie

Het landschap van het Westerwald wordt gekenmerkt door een vulkanische hoogvlakte van Rijnlandse leisteen (Schiefer). Op hoogten tussen 400 en 600 meter beslaan bossen en weiden een gebied van ongeveer vijftig bij zeventig kilometer. Het ruige en bebost middelgebergtelandschap met zijn vele beken daalt af naar de aangrenzende valleien van de Rijn, Sieg, Dill en Lahn. Zijn relatief geringe hoogte ten spijt kent het Westerwald een echt middelgebergteklimaat. Economisch en cultureel gezien is het een van de belangrijkste berggebieden in Duitsland.

Hoe er te komen?

Uitstekende directe treinverbinding vanuit Nederland. In Keulen overstappen op de lijn naar Au (Sieg). Terug stapten we op in Bad Hönnetz aan de Rijn, opnieuw een snelle verbinding met Nederland. Het openbaar vervoer binnen het Westerwald is door de vele dalen en zijdalen een stuk moeizamer. Als knooppunt van de buslijnen functioneert het stadje Altkirchen, vanuit Au bereikbaar met de Westerwaldbahn.

Wandelen

Vanuit Roßbach voert een fraaie luswandeling naar het Roßbacher Häubchen (een hoopje van 340 meter), een oude basaltmijn, Vlak onder de top maakt een Naturlehrpfad de wandelaar wijzer over de oorsprong en het vermijnen van basalt.

Meer weten? www.rijnland-palts.nl