11-Stedenwandeling: De Tocht der Tochten (deel 2)
Vorige week kon je in mijn blog lezen hoe ik begon aan de Tocht der Tochten, de 11-steden wandeltocht, georganiseerd in de week van Hemelvaart. Na een uitdagende eerste dag van 49 km, volgde de tweede, die goed verliep, maar waarop ik eindigde bij het Rode Kruis die mijn voeten in hebben getaped vanwege een blaar. Dat voelde gelukkig gelijk goed. Aangezien ik verbleef bij mijn ouders in Heerenveen en daar alle benodigdheden binnen handbereik had, kon ik mijn tocht goed vervolgen.
Tekst & beeld: Jeltsje de Vries
Dag 3. Workum – Franeker: De helft zit erop!
Deze dag zouden we over de helft heen gaan, allthans wat het totaal aantal kilometers betrof. Ik had slecht geslapen en merkte dat ik vermoeid werd en spanning had. Deze ochtend was ik erg misselijk en kreeg ik slechts een paar happen pap op. Wel had ik zin in de dag want het was een mooie route die ik nog niet zo goed kende. Ik besloot deze derde dag rustiger aan te doen. Onderweg moest ik me goed focussen om ontspannen te blijven lopen vanwege de blaar. Ik wilde namelijk absoluut geen scheenbeenontsteking oplopen, want daar had ik 25 jaar geleden al kennis mee gemaakt bij de Nijmeegse.
Eenmaal aan de wandel ging het focussen. best goed en ik had mijn ritme goed te pakken. Ik haakte bij wat mensen aan voor een leuk gesprek, zodat ik gelijk wat afleiding had. Ze tipten ons over het redelijk nieuwe 11-Stedenmonument bij Tjerkwert langs het water. Het symboliseert de afgelopen vijftien Elfstedentochten die zijn verreden op de schaats. Even een foto maken en verder naar Bolsward. Ik nam nu wat vaker rust dan tijdens de eerste twee dagen, dus in Bolsward bij de mooie Broerekerk met volop muziek en gezelligheid nam ik even een uitgebreide pauze.
Vanuit Bolsward ging ik weer verder via Schettens en Witmarsum naar Arum. Hier waren we op de helft en er was een Rode Kruis post, waar ik even langs ben gegaan, want ik voelde dat mijn blaar geknapt was. Ze adviseerden het tape gewoon te laten zitten, want het zat er nog goed omheen en ook de pijn was nog dragelijk. Vanuit hier liep ik weer verder met een man die ik al kende van de eerste dag. Hij had de Camino als training gedaan, drie maanden terug en zei dat hij zich nu elke dag sterker voelde, want elke dag was een training. Een positieve mindset, die ik wel kon gebruiken. Hij ging in Kimswerd het terras op en ik ging verder naar Harlingen.
Na een korte rust liep ik door naar Franeker. Het Van Harinxmakanaal over, gelukkig even wachten voor de brug, en via Wenaldum naar de finish in Franeker. Er leek geen eind aan te komen, maar ineens was daar de stadswal te zien en zo was ook dag drie behaald. Zou het dan toch gaan lukken?
Dag 4. Franeker – Dokkum: Afzien
Deze laatste lange dag begon weer met een misselijk gevoel. Wat pepermuntjes, koffie en frisse wind deden me goed en het ging erna gelukkig weer beter. Ik trof bij de start wat mensen die deze dag niet gingen starten vanwege hun blaren en de pijnlijke benen die deze veroorzaakten. Voor mij weer een reden om ook vandaag mijn focus te houden. Ik had nu ook bijna gelijk last van mijn benen, eerst rechts maar dat liep ik er weer uit en later bleef het linksonder in mijn scheen pijn doen. Desondanks probeerde ik mijn ritme aan te houden en ontspannen en rustig te lopen. Elke acht kilometer stopte ik even voor rek- en strekoefeningen en masseerde ik mijn zere spieren kort. Dit zou een zware en lange dag worden als het zo al begint.
Gelukkig waren er de mensen en de muziek die alles positief maakten. Zo kregen we na twaalf kilometer in Berlicum weer oranjekoek. Het was hier allemaal gezelligheid met muziek en mensen. Van daar wandelde ik naar Stiens, waarbij ik weer even met iemand opliep, wat een goede afleiding was. Vervolgens ben ik in Stiens bij de sporthal wat langer gaan zitten dan anders, want ik had mijn energie wel nodig. Ook hier was het druk en veel gezelligheid en kon ik even bijpraten met twee andere meiden, die het ook zwaar hadden. Zo praat je elkaar weer moed in.
Meer weten over Wandelmagazine? Ja graag!
Na 30 km kwam ik aan bij het beroemde bruggetje van Bartlehiem. Hier waren mijn ouders ook en ik was echt al helemaal op. Ik masseerde mezelf even, nam wat eten en ging op pure wilskracht verder richting een gezellig dorpje bij het water, Birdaard, waar het laatste terras was voor de finish. Deze stop heb ik maar even benut en gezellig bij gekletst met de Camino-man. Hier heb ik nog even bij het monument van Maarten van der Weide gekeken, die hier in 2018 zijn zwemtocht staakte. Het was moeilijk weggaan, maar toch zetten we door. Ik zette mijn verstand even op nul en ging verder naar de finish samen met een vrouw die ik al kende van de eerste dag en samen keken we onszelf naar de eindstreep.
Dag 5. Dokkum – Leeuwarden: Euforie!
Deze laatste dag was alle pijn weg op wonderbaarlijke wijze. Kwam het door mijn massage of door de euforie? Voor mij maakte het niet veel uit, want het kruisje was nu wel erg dichtbij. Dit kon toch bijna niet meer misgaan?
Dit keer startte ik met mijn zus die een dagkaart gekocht had. We zongen nu samen het Friese volkslied en gingen van start. Ik gaf aan dat ze echt haar eigen tempo moest doen en maar lekker moest gaan, want ik wilde rustig aan blijven doen. Na zeventien kilometer was ik in Gytsjerk waar ik eindelijk mijn vrouw weer zag. Fijn om die weer even vast te houden. Het ging nog steeds goed. Ik voelde alleen mijn blaar en heel lichtjes mijn andere scheen dus ik bleef rustig lopen en dat kostte best wat moeite door de blijdschap.
We liepen het beroemde brugje over vandaag, ook een Elfstedenmonument, waar vele schaatsers hangen op een mozaïek tegeltje (waaronder mijn vader en broer) en vervolgens zo naar Lekkum. Vanuit daar loop je zo de laatste vier kilometer naar Leeuwarden door de Prinsentuin, op naar de finishvlag bij theater De Harmonie. Wat een heerlijk gevoel om hier onderdoor te lopen en het te hebben volbracht! Eenmaal over de streep wachtte daar de felicitaties van mijn vrouw en mijn moeder en medewandelaars met wie ik gelopen had. Ik haalde mijn laatste stempel en kreeg het felbegeerde kruisje en kon mijn tranen niet bedwingen. Ik was best trots op het resultaat. Wat een tocht en wat kun je dan veel bereiken!
Op het terras nog de felicitaties van mijn zus en vader, die al een biertje en een bittergarnituurtje besteld hadden en toen konden we voluit zeggen: ‘Proost!”