Afgelopen weekend kon ik voor het eerst in lange tijd weer eens alleen wandelen. Omdat ik vanwege blessures al sinds de zomer geen lange afstanden meer heb gelopen, mis ik toch de stilte van het alleen op pad zijn. Een hele dag alleen zijn of een paar uurtjes is toch een groot verschil, merk ik nu. Met een vriendin had ik eind van de middag afgesproken en om toch wat tijd te hebben om bij te kletsen hadden we een hotelletje geboekt in Lunteren en dat bood mij de gelegenheid om zelf in de buurt een Klompenpad te lopen: het 12 kilometer lange Meulunterenpad.
Tekst & beeld: Jeltsje de Vries
Stilte in fases
De start was bij hotel de Wormshoef in Lunteren, zes minuten van ons hotel. Gezien de redelijk korte afstand begon ik begin van de middag. Het was ideaal weer om buiten te zijn, en ik was dan ook niet de enige in deze mooie omgeving. Wat als een stiltewandeling bedoeld was, bestond daardoor vooral uit het niet hoeven converseren, zodat ik alle aandacht had voor al het moois om me heen.
Het eerste stuk liep langs een drukke weg, maar al snel kon ik de drukte van het dorp achter me laten en ging ik over een mooi modderpad het veld in. Daar zag ik de Goudsberg al, waar de route me al kronkelend heen bracht. Deze heuvel is een onderdeel van de noordelijkste punt van de Veluwse stuwwal.
Sinds ik een paar keer een retraite heb gedaan als onderdeel van een stiltetraining bij Mirjam v/d Vegt, denk ik bij modder gelijk aan de fases van het stilteproces. Het moment waarop stilte ongemakkelijk voor je wordt, ploeter je door de modder totdat je je er aan kan overgeven en je ondergedompeld bent in de stilte. Een passend begin dus van een stiltewandeling, van de drukte naar de modder en van de modder naar de omarmende bomen op de Goudsberg. Voordat ik daar was, kwam ik echter eerst nog langs vier kubusjes naast elkaar, met ‘rustplek’ erop geschilderd. Hoe symbolisch wil je het hebben?
Cultuur, historie en natuur
Door het veld liep het pad richting restaurant de Goudsberg, waar ook een uitzichtpunt aangelegd was. Ik klom even naar boven om van het weidse uitzicht over het akkerland van de Meulunterse Eng te genieten. Aan de andere kant was de Goudsberg, via de flanken, liep een klein paadje met bloeiende narcissen, naar drie grote zwerfkeien wat volgens overlevering het geografisch middelpunt van Nederland is. Het was nog een hele kunst om een foto te maken zonder mensen erop, maar het is uiteindelijk gelukt!
Vanaf dit punt liep ik naar beneden en ging ik door een poort van twee naaldbomen, waarmee ik de grens overstak tussen de loof- en naaldbomen. Ik merkte het gelijk aan de kleurenscheiding van de nog bruine bodem van de loofbomen naar het frisse groen van de naaldbomen. De kleine groene larikssprietjes kwamen alweer uit. Schitterend om te zien! Dit pad kwam weer uit tussen de weilanden. Een bord herinnerde aan de koperslager van Lunteren die hier rond 2200 voor Christus geleefd heeft en gevonden is in een grafheuvel hier op de akker, vlakbij een Germaanse put uit de IJzertijd (ca. 800 -12 v. Chr.) die ook bewaard is gebleven. Er stond een soort toverlantaarn bij, met illustraties van hoe het vroeger was en andere wetenswaardigheden. Veel van deze historische vondsten is in beheer bij Vereniging Oud Lunteren. Leuk om zo cultuur, historie en natuur te combineren.
Afleiding in de stilte
Met mijn gedachten nog in de prehistorie, vervolgde ik de route naar de andere kant van de Goudsberg en kwam ik weer langs een historisch punt, nu over de Celtic fields. Dit zijn akkercomplexen uit de ijzertijd van 40 bij 40 meter, gescheiden door wallen. Je zag de wallen aangegeven met paaltjes. Iets verderop moest nog een ijzerboerderij staan, maar daar ben ik niet meer heen gegaan. Indrukwekkend dat dit nu allemaal nog te zien is.
Ik liep weer verder en kwam langs een grote zandafgraving. Zo diep als de kuil nu is, zo hoog is hij ooit geweest, want men noemde het vroeger de hoge berg’’, aldus de info van de app. Mijn hoofd was toch vrij actief door alle mooie historische verhalen. Hoewel de wandeling in stilte was, was het dat in mijn gedachten niet. En door alle verhalen en foto’s die ik maakte, was ik langer onderweg dan verwacht en liet mijn vriendin al weten er eerder te zijn. Gelukkig hadden we verder niks gepland dus er was geen haast.
Meer weten over Wandelmagazine? Ja graag!
Rustig ging ik verder, genietend van alle vogelgeluiden en het groen om me heen. Ik was alweer bij de laatste info puntjes van de route aangekomen, namelijk het Bosbad uit 1937 en het Pinetum de Dennenhorst, beide gelegen bij Hotel-Restaurant De Lunterse boer. Het Pinetum is vrij toegankelijk en bestaat uit zo’n 1.500 naalddragende bomen. In 1934 is de eerste boom geplant. Het Klompenpad liep langs deze bomenverzameling gescheiden door een hek. Gezien de tijd, vond ik het niet meer de moeite waard om er doorheen te wandelen en vervolgde ik de route nog een paar kilometer naar de finish.
Ik vond het een erg mooi pad, met veel afwisseling van bos, weilanden, akkergronden, maar ook rijk aan historie en cultuur. En voor de stilte, tja, dan kun je beter geen Klompenpad lopen, maar een pad zonder verdere informatie, want dan komt de informatie juist van binnen, in plaats van buiten. Dat is het leuke van wandelen; voor elke wens is er een wandeling beschikbaar, dus waar wacht je nog op?
Over de auteur
Jeltsje de Vries wandelt al meer dan 20 jaar voor zichzelf en doet mee aan verschillende wandeltochten in het land. Na drie jaar training, liep ze in 2023 de Elfstedenwandeltocht. Verder deelt ze graag haar belevenissen en gedachten die zij tijdens het wandelen opdoet.