terug

GRP Tour de l’Audomarois etappe 2: Esques – Elnes

Streek-GR’s of Streekpaden laten je een bepaalde regio verkennen langs de mooiste en meest verkeersluwe paden en wegen. De GRP is een Franse afkorting voor Grande Randonnées de Pays. In deze reeks laat ik jullie dus meegenieten van een Frans Streekpad: de GRP Tour de l’Audomarois. Deze langeafstandswandeling situeert zich in de streek rond Saint-Omer in het Franse departement Pas-de-Calais. Wanneer je de stad Saint-Omer opzoekt, word je verrast door de enorme hoeveelheid aan geschiedenis die de stad rijk is. Dit is natuurlijk dé reden waarom deze route me aansprak. De GRP Tour de l’Audomarois is ongeveer 123 kilometer lang en voert je door het land van Saint-Omer en zijn moerassen. Zelf deed ik deze langeafstandswandeling in vier etappes, maar de gehele route is natuurlijk ook op te delen in kortere etappes.

Tekst & beeld: Jelle Dermont | Wandel Mee Met Mij

Vandaag gaan we weer solo. Bij gebrek aan een auto, ga ik deze keer met de fiets naar het startpunt. Het is al lang geleden dat ik mijn plooibare machine voor het laatst van dichtbij heb gezien. De avond voor vertrek checkte ik nog of de bandjes nog voldoende opgeblazen waren. Gelukkig dacht ik hier aan, want ze stonden ondertussen helemaal plat!

Stevige ‘warming-up’

Om 07:15 uur sta ik op de parkeerplaats aan Rue Arthur Lanoy in Elnes, het is nog vroeg en ik lijk dan ook alleen op de wereld te zijn. Ik spring op mijn fiets en trap de eerste kilometer op gang. Anderhalve kilometer lang, op de Cote de Remilly genaamd, fiets ik over een helling met een gemiddelde van acht procent omhoog. Op een plooifiets is dit een absolute hel, op een gegeven moment rijd ik slechts 3,9 kilometer per uur en sta ik nagenoeg stil. Ik geef mij echter niet gewonnen. Uiteindelijk moet ik toch tot drie keer toe stoppen omdat mijn hartslag te stevig de hoogte in gaat maar ik weiger te stappen (grinnik). Na een kwartiertje sta ik op het hoogste punt van de helling en kan de afdaling tot aan de finish beginnen. Na een klein uurtje zwoegen sta ik in Ecques op de parking achter de kerk waar het de vorige etappe eindigde.

Opmerkelijk huisnummer

Na wat uitblazen kan ik vertrekken op mijn tocht van om en bij de vijfentwintig kilometer. Ik verlaat Ecques via de aanlooproute naar het begin van de tweede etappe van de GRP Audomarois en na anderhalve kilometer kom ik de geel/rode markering tegen. Ik verlaat de D189 en sla links af, honderd meter verder passeer ik een hoeve met een opvallend huisnummer. Normaal laat ik dat soort dingen links liggen maar dit huisnummer vind ik toch de moeite om van dichterbij te bekijken. Een mediterraans tafereel schetst een zomers landschap met olijfbomen maar met een Nederlandse toets, windmolens en rode tulpen. Ik stap verder met een gemengd gevoel over wat ik net gezien heb. Iets verder steek ik de D77 over en stap ik enkele kilometers door het agrarische landschap tot in Helfaut. In Helfaut* houd ik even halt aan een oorlogsmonument en in het dorpspark neem ik mijn eerste pauze met zicht op een petanquebaan.

La Coupole

Bij het verlaten van Helfaut kom ik in een natuurgebied terecht en wandel ik langs de natuurlijke vijvers van Réserve naturelle du plateau des Landes. Wat me meteen opvalt is de drukte van de plaatselijke bevolking die hier komt vissen. Ook opvallend is de hoogte van deze vijvers, niet veel later zal ik afdalen het plateau afdalen richting La Coupole. Het is een waanzinnig zicht, die betonnen koepel tegen de heuvelwand! Via een onverhard pad daal ik verder af tot aan de ingang van het museum, waar ik even stop voor een bezoek.

“Tijdens de oorlog legden de Duitsers bij La Coupole een ondergronds complex met koepel aan, op basis van het Erdschalung-principe. Hierbij werd de ondergrond, die plaatselijk bestaat uit krijt en klei, zo werd weggehaald dat hij als bekisting en fundament diende voor de vijf meter dikke, uit gewapend beton bestaande koepel. Toen de koepel klaar was, werd het krijt en de klei onder de koepel weggegraven.  De aanleg van de installaties werd al snel ontdekt door luchtfoto’s, waarna de geallieerden het gebied zwaar begonnen te bombarderen. Tijdens de bombardementen waarbij meer dan drieduizend ton bommen werden gedropt, kwamen in het dorp Helfaut eenentwintig en in de buurgemeente Wizernes vijfenvijftig mensen om het leven.”

Na het ‘korte’ bezoek van bijna twee uur sta ik opnieuw buiten aan de poort, nog steeds van mijn melk. Ik kan er niet bij met mijn verstand hoe ze in die tijd zulke bouwwerken konden optrekken en laat staan financieren. La Coupole is indrukwekkend en zeker een bezoek waard als je deze GRP afwandelt.

Een groen ravijn

Meteen na de ingang kom ik terug op de route en word ik meteen weer in het groen ondergedompeld. Echter niet voor lang want via een buitenwijk van Wizernes kom ik terug in de bewoonde wereld terecht. Via Chemin de Pihem gaat het verder richting Ravin de Pihem en verlaat ik opnieuw, via achtertuinen, het centrum. Ik wandel een goede kilometer door het groen. Van een ravijn is weinig sprake, het lijkt eerder op een holle weg die niet meer gebruikt wordt, maar ik klaag niet. Na die kilometer besluit ik me neer te vleien op een boomstronk om mijn middagmaal te nuttigen. Ondertussen krijg ik een circusvoorstelling cadeau, op nog geen twintig meter van mij spelen twee eekhoorntjes. Wanneer ik opsta om mijn weg te vervolgen, zijn de twee bollebozen nergens meer te bespeuren. Ik krijg nog een dikke kilometer groen onder de schoenen geschoven, heerlijk.


Meer weten over Wandelmagazine? Ja graag!


Hierna wandel ik verder richting Hallines door een voornamelijk agrarisch landschap, waar weides en versnipperde bossen elkaar afwisselen. Ik steek de Aa over en daar krijg ik een prachtig zicht op de oude watermolen ‘Moulin de Pidou’. Kort daarna loop ik langs de muren van het domein van Chateau Dambricourt, helaas afgesloten vanwege het instortingsgevaar. Aan de kerk van Hallines houd ik even halt om er een prachtige foto van te nemen. De Fransen en hun kerken, dat moet ik hen toch nageven.

Sporen van het verleden

Ik laat Hallines achter me en volg de Aa stroomopwaarts. Ter hoogte van Esquerdes, wanneer ik de Aa opnieuw moet oversteken, gaat het bijna mis. Hier is er sprake van een trajectwijziging, ik moet de Aa oversteken maar dan moet ik meteen rechts afslaan, Sentier des Soupirs, in plaats van rechtdoor te gaan. Via een wandelpaadje, op de oever, volg ik de Aa nog steeds stroomopwaarts. Ik kom aan in het centrum van Esquerdes op het plein aan de kerk. Ik volg Rue du Pont Neuf en krijg zicht op een aparte hoeve met toren, het lijkt of ik terug in de middeleeuwen stap. Iets verder steek ik de Aa opnieuw over en begin te vermoeden dat er toch wat extra kilometers zitten aan te komen. Aan de Poudrerie d’Esquerdes neem ik even pauze aan een picknicktafel.

In 1686 werd François Berthelot, commissaris-generaal van poeders en salpeters, verbonden aan de minister van Oorlog Louvois, belast met het lanceren van dit kruitfabriek voor de legers van de Franse koning Lodewijk XIV. Meer dan een eeuw lang bleef de poederfabriek zoals het in 1686 was. Vanaf de tweede helft van de negentiende eeuw, onder invloed van de industriële expansie en vervolgens door de Frans-Duitse oorlog van 1870-71, wordt de fabriek gemoderniseerd en gemechaniseerd. Er werd een nabijgelegen papierfabriek gekocht en het terrein werd aangesloten op het spoor.
In 1890 werkten er bijna tweehonderd mensen in de fabriek. Nieuwe activiteiten met betrekking tot poederwerk zijn in opkomst zoals stikstofhoudende explosieven, Meliliet en andere. In 1900 besloeg het terrein een oppervlakte van vierendertig hectare. De fabriek is gelegen nabij het front tijdens de Eerste Wereldoorlog, de Esquerdes-poederfabriek neemt in volle capaciteit deel aan de oorlogsinspanning en was een strategisch punt van het geallieerde systeem.

Laatste loodjes

Na de pauze zet ik mijn tocht verder door het natuurgebied van La Vallée de l’Aa Poudrerie d’Esquerdes. Een prachtig gebied, ik begrijp zeker de trajectwijziging als ik de GPX even vergelijk. Ik steek natuurlijk de Aa opnieuw over en ook het spoor Ligne de Saint-Omer à Hesdigneul. Vervolgens stap ik langs het spoor, tot ik terug bij de originele GRP kom. Na enkele berekeningen blijkt dat ik drie kilometer extra heb mogen genieten. Nu stap ik langs velden over een deels onverharde veldweg die tweeënhalve kilometer stijgt tot aan Mont du Blanc Chemin. Hier stort een onverharde weg zich de dieperik in, ik daal tachtig meter op nog geen halve kilometer. Eenmaal in het dal kom ik opnieuw de Aa tegen, ik dien een Ravel te volgen en passeer zo het dorpje Wavrans-sur-l’Aa. Dat wil dus zeggen dat mijn tocht er bijna opzit.

Ik blijf het fietspad-voetpad-ruiterpad volgen langs de oever van de Aa met aan mijn rechterzijde die enorm steile helling. Aan de overkant van de rivier zie ik Elnes al liggen, maar een pittoresk huisje aan de voet van de helling weet mijn aandacht vast te houden. Ik neem er een foto van en stuur ze meteen door naar mijn vrouw. Ze stuurt me meteen terug met het antwoord ‘Ik dacht dat je in Noord-Frankrijk zat?’. De foto op zich lijkt inderdaad in de Franse Ardennen genomen te zijn. Ik steek de Aa een laatste keer over en via Rue Arthur Lanoy kom ik terug aan mijn wagen. Nu rest er mij nog de terugrit naar Ecques om mijn fiets te gaan ophalen en dan zit mijn avontuur er weer op.

*De zuil van Helfault

“De Franse koning Lodewijk-Filips I (1773-1850) gaf zijn zoon Ferdinand Filips van Orléans de taak om een speciale eenheid op te richten om een nieuw wapen te testen, de carabine Delvigne-Pontcharra. Daarop richtte de kroonprins een specifieke elite-eenheid op, aangepast voor heimelijke en snelle missies. Deze elite-eenheid ziet het daglicht in 1837 en kende een onmiddellijk succes, waarna de koning besliste om deze compagnie te versterken tot het ‘bataillon provisoire de chasseurs à pied’. Het bataljon werd naar Algerije gestuurd in het kader van de koloniale oorlogen.

Met het succes van deze nieuwe eenheid en op aandringen van verschillende generaals beslist de koning om tien bataljons ‘chasseurs à pied’ op te richten. Deze eerste tien bataljons worden opgericht op 28 september 1840 in het militair kamp van Helfaut in het noorden van het land, Pas de Calais. In Helfaut werd in 1842 een gedenkzuil gebouwd, de Colonne d’Helfaut. Jammer genoeg komt de GRP Audomarois niet langs deze gedenkzuil maar is ze toch het vernoemen waard.”

Route-informatie

  • Lengte: 29,33 km ─ Hoogtemeters 346 m
  • Percentage verhard: 45%
  • Startpunt: Parkeerplaats kerk, Ecques
  • Eindpunt: Parkeerplaats, Rue Arthur Lanoy, Elnes
  • Vervoer: Wagen en plooifiets
  • Hike: solo
Tags: Streek-GR

Bekijk ook deze items