Lessen voor wandelaars: Neem de tijd
Niet op de klok kijken, is een van de eerste dingen die ik mezelf voornam toen ik aan mijn eerste lange wandeltochten begon. In het dagelijks leven is tijd voor mij een bepalende factor. Ik was vastberaden om tijdens het wandelen meer mijn eigen ritme en dat van de natuur te volgen. Bovendien was ik ook benieuwd of ik het nog wel kon, luisteren naar mijn eigen lijf. Kon ik wel onthaasten, loskomen van verplichtingen en zelf kiezen hoeveel aandacht ik aan iets zou besteden? Vandaar deze volgende les van Pieter Kikkert: Neem de tijd.
Tekst: Simone Venderbosch
Foto: Marieke Suter-Ros
Ik merkte dat ik verbazingwekkend goed en snel kon onthaasten. Dat werkte zo bevrijdend! Nu ik het kader van tijd niet meer had, was er veel meer mogelijk. Om aan mijn natuurlijke ritme tegemoet te komen, zet ik tijdens mijn wandeltochten (meestal) geen wekker. Als ik in mijn tent slaap, volgt mijn lijf het ritme van de natuur en word ik wakker zodra het licht wordt. Het ontwaken in een tent is voor mij dan ook vaak het hoogtepunt van de dag. In alle rust en op je eigen tempo wakker worden, dat is ultieme vrijheid voor mij. Dat zou je elke dag moeten doen! Zo ook op een mooie zomerse ochtend tijdens één van mijn wandelingen; een fragment uit mijn blog:
Eerste prikkels
Ik zet mezelf langzaam in beweging. Eerst controleer ik voor de zekerheid op mijn mobiel of het nog niet te vroeg is om wakker te worden, rits dan mijn tent open en zwaai de flappen opzij. Het geluid van de rits, het zuchtje wind dat binnenkomt en een opgaande zon zijn de eerste eenvoudige prikkels aan de start van mijn dag. Doordat ik met mijn hoofd bij de uitgang lig, voel ik de frisse lucht op mijn gezicht terwijl de rest van mijn lijf nog comfortabel in mijn warme slaapzak ligt. Ik steun met mijn kin op mijn handen en geniet van het uitzicht vanuit mijn cocon. Op dit moment van de dag voelt mijn slaapzak niet dun, voelt mijn luchtbed niet hard en voelt mijn vest als een echt kussen. Dat gevoel is zo gelukzalig, dat ik er elke keer naar uit blijf kijken.
Langzaam komen ook andere indrukken mijn wereld binnen. Een vogel tjirpt in een boom, de lucht verandert langzaam van kleur en ik hoor mensen kuchen en zich omdraaien in hun tent iets verderop. Even later hoor ik de eerste ritsen opengaan, zie de eerste mensen op badslippers naar het toiletgebouw slenteren en zeg goedemorgen tegen de eerste voorbijganger. Dan weet ik dat het langzamerhand tijd is om op te staan. Hierbij is het niet de klok die mij in beweging zet. In plaats daarvan laten deze eenvoudige gebeurtenissen mij rustig en natuurlijk ontwaken.
Multitasken
Na dit mentale ontbijt, volgt mijn fysieke ontbijt. Voor het ontbijt multitask ik in het toiletgebouw. Met dompelaar, beker, waterfles, toilettas en handdoek loop ik naar het washok. Daar zoek ik een stopcontact, zodat ik het water kan opwarmen terwijl ik mij opfris. Als ik klaar ben en het water kookt, kan de stekker van de dompelaar eruit. Daarna wordt het even organiseren. Ik probeer zo te lopen dat mijn natte handdoek niet in het gras valt, mijn water in de mok blijft en het hete metaal van de dompelaar niet tegen mij aan bungelt. Kortom: een hele onderneming! Bij de tent aangekomen zet ik voorzichtig mijn mok in het gras en hoop maar dat ie niet omvalt. De handdoek gooi ik over de tent om te drogen en ik leg de dompelaar op zijn etuitje om af te koelen. Dan duik ik in de tent op zoek naar mijn koeltasje, terwijl ik tussen de afwas in de voortent een lepeltje en een mes probeer te vinden. Ik scheur een zakje oploskoffie open, roer in de metalen beker, pak een rijstwafel en besmeer deze met smeerkaas. Tevreden en zorgeloos nippend aan mijn hete koffie, kijk ik naar de lucht en probeer ik in te schatten wat voor weer het wordt en bezin ik mij op de dag die voor mij ligt.
Genieten van kleine dingen
Tegenover mij zit een echtpaar in de voortent aan een tafel met tafelkleed en op comfortabele stoelen. Ze zitten zwijgend tegenover elkaar te roeren in hun kopje. Het geklingel van de lepeltjes verbreekt de stilte op het veld. Terwijl het koffiezetapparaat nog na druppelt, halen ze een vers broodje uit het mandje en schaven plakjes kaas. Zittend in het gras aanschouw ik het tafereel en glimlach omdat het contrast met mij heel groot is. Het lijkt ze aan niets te ontbreken. Maar is dat wel zo? Ervaren zij net zoveel vreugde van hun ontbijt als ik?
Meer weten over Wandelmagazine? Klik hier!
Trots kijk ik naar mezelf hoe tevreden ik hier zit. Het ontbreekt mij helemaal aan niks. Sterker nog, ik voel me meer dan tevreden. Mijn oploskoffie en rijstwafel zijn voor mij op dit moment de wereld en ik kan mij op dit moment niks beters wensen! Dit moment probeer ik altijd zo lang mogelijk te rekken, want na het ontbijt is er weer tijd voor actie en volgen er een hele reeks handelingen voor ik weer op pad ga. Alles moet weer schoon en droog terug in mijn rugzak. Mijn hele hebben en houwen moet ik hierbij in een bepaalde volgorde en op een bepaalde manier vouwen, tot mijn ‘thuis’ weer niet meer is dan een grote gevulde rugzak. Hierna bewijzen alleen de warme aarde van mijn zitplek en het platte gras dat ik daar net nog was. Dan slinger ik mijn rugzak weer om, enkel een lege plek achterlatend en loop ik weg met een hele nieuwe dag voor me.
Terugschakelen
Als mijn wandeldagen erop zitten en ik weer op weg ben naar huis, word ik altijd een beetje weemoedig en duurt het even voor ik weer teruggeschakeld ben. Ik kijk naar mijn rugzak, die meer is dan een rugzak voor mij. Het is mijn ‘thuis’ als ik onderweg ben, mijn trouwe metgezel en bevat alles wat ik nodig heb. Ik ben er zo aan gehecht geraakt dat ik hem op het treinstation naast mij neerzet op het bankje in plaats van op de grond. Mijn arm rust op mijn maatje, terwijl ik ontspannen wacht op de trein. Ik zit nog zó in mijn bubbel, dat ik totaal niet let op de tijd. Terwijl ik een berichtje tik op mijn mobiel, merk ik niet eens dat mijn trein voor mijn neus staat. Het sissen en zuchten van de trein merk ik pas op als de deuren sluiten en de trein weer het station verlaat. Dan sta ik sloom op, kijk de trein na en ga dan schouderophalend maar weer zitten. De volgende trein gaat weer over een uur. Maar ach, wat is nou een uur?
Les 2 van Pieter Kikkert: Neem je tijd
Als je wandelt moet je je niet zoo zeer aan tijd en uur binde’. Kijk dus niet op de klok, neem je tijd. Pieter zelf vertrok bij zonsopgang en nam de hele dag; het was juni 1791, hij kwam bij maanlicht pas weer terug op zijn logeeradres in Den Burg.
Over de auteur
Ik hou van wandelen en van schrijven. Mijn wandelverhalen zijn persoonlijk, eenvoudig en beschrijvend. Soms diepgaand, dan weer met een korreltje zout. Gewoon zoals ik ben.
Over de fotograaf
Ik ben Marieke en ik woon sinds juli 2017 in Zwitserland. Ik hield altijd al erg van wandelen en die liefde is hier in de bergen alleen nog maar groter geworden. Wandelen in de bergen is voor mij ‘erholsam’: het sterkt mijn lichaam en geest. Ik hoop dat de pracht én de kracht van de natuur en de bergen via mijn foto’s ook de lezers mogen bereiken. Al is het maar een sprankje.