Twee Miljoen Stappen
Twee miljoen stappen. Zoveel hebben we er gezet om van de Middellandse Zeekust naar Santiago de Compostella te komen. Het zou te ver gaan om te zeggen dat ik me elke stap herinner, maar gek genoeg komt het wel in de buurt. Ik geef vanavond voor het eerst sinds het ingaan van de – hopelijk – laatste lockdown weer een lezing over mijn boek DoenDenkers. In mijn boek geef ik uitleg hoe ik en mijn vrouw Jacqueline omgaan met tegenslagen en hoe onze tocht naar Santiago ons heeft geholpen te ‘resetten’ na de gedwongen sluiting van onze horecazaken. Tijdens mijn lezingen vertel ik mensen hoe het wandelen ons heeft geholpen om op fysiek maar vooral ook op mentaal vlak te dealen met uitdagingen. We noemen het steevast uitdagingen. Problemen zijn wat ons betreft zaken waar je mee om moet gaan, maar die je geen plek kunt geven. En de uitdaging is om dat nu juist wél te doen. En wij hebben aan den lijve ondervonden dat er geen betere manier is om de zaken op een rijtje te krijgen en een plek te geven dan wandelend!
Tekst & beeld: Jordi Ramon | www.sabbaticouple.com
Zoho!
Dat is steevast de reactie wanneer ik vertel dat we 1.600 kilometer hebben gewandeld. Natuurlijk zijn velen van jullie als echte wandelaars wel eens veel verder geweest, maar voor de meeste mensen is het (plat gezegd) een pokkeneind lopen! “Heel stoer, maar dat is niks voor mij”, is ook een veel gehoorde opmerking. En gek genoeg denk ik dat er een heleboel dingen zijn die je volkomen terecht zou kunnen aanmerken als ‘niks voor mij’, denk aan sumo-worstelen, diepzeeduiken of parachutespringen, maar wandelen valt absoluut niet in die categorie.
Ik lees nu ter voorbereiding op de lezing van vanavond mijn aantekeningen terug over onze tocht en zelfs ik denk geregeld “zoho!”. De positieve impact galmt een jaar nadat we begonnen aan onze ‘Camino’ nog steeds bij ons door. Elke keer wanneer ik een lezing geef en alles weer de revue laat passeren, voel ik de positiviteit en kracht die het me bracht. En dus nog steeds brengt. Ik zei het al eerder; “Dat zouden meer mensen moeten doen…”
Duwtje In De Rug
Een lezing geven is altijd spannend, maar wanneer de gasten daarna vertellen dat ze ons verhaal zo inspirerend vinden en dat ze vaak oprecht getriggerd zijn om ook te gaan wandelen, ben ik toch steeds blij dat ik het gedaan heb. Ik ervaar het alsof ik mensen een duwtje in de rug geef tijdens een steile beklimming. Mijn uitgangspunt was om mensen te inspireren. Leuke en interessante bijkomstigheid is dat ik het mag vertellen en dat een zaal met mensen me een uur lang laten praten! En natuurlijk zijn de verdiensten mooi meegenomen en krijg ik de kans om mijn boek te promoten.
Maar iets wat ik me elke keer dat ik er over vertel realiseer, is dat het vertellen van de verhalen van ons verhaal mij ook steeds weer een duwtje in mijn rug geeft. Wanneer we zelf aan het wandelen zijn, hebben we het vaak over ‘weet-je-nog-toen’-momenten. En of ze nou stoer, emotioneel of grappig waren, ze hebben allemaal gemeen dat ze je nét even dat zetje geven of die glimlach op je gezicht toveren. Hoewel ik in het verleden ook best wat uurtjes op het sportveld en in de gym heb doorgebracht, heb ik nooit die herinneringen aan hoe ik ondersteboven aan een buikspierplank hing, maar zonder uitzondering wel aan die momenten dat ik met m’n kop in de wind op een bergtop aankwam.
Probleem? Welk Probleem?
Natuurlijk zijn er nogal wat mensen sceptisch wanneer je vertelt dat wandelen werkt als probleemoplosser. Ik geef dan graag het voorbeeld van het moment dat we midden in de tweede lockdown de Frans-Spaanse grens bij het Baskenland over moesten. Overal gingen de verhalen van de extreem strenge controles van de Spaanse politie. Iedereen had ook de beelden gezien van de vorige lockdown, waarbij de Spanjaarden door gewapende politieagenten hun huizen werden ingejaagd. Ik ken als halve Spanjaard de reputatie van de Spaanse politie, dus dat zou zomaar ‘een probleempje’ kunnen worden.
Meer weten over Wandelmagazine? Bekijk hier onze abonnementen!
Maar goed, als we naar Santiago wilden – en dat wilden we – dan moesten we de grens over. Daar konden we lang of kort over hebben, maar andere opties waren er niet. Om van Hendaye naar Irun in Spaans Baskenland te komen moet je een hele lange smalle brug over. In het midden zit de grenspost. Een soort ‘Checkpoint Charlie-achtige’ situatie. We besloten om zes uur ’s ochtends de brug over te steken, omdat we inschatten dat de controle dan misschien niet zo heftig zou zijn.
We vertrokken richting de brug in het pikkedonker en nog voor we bij de brug waren begon het te gieten. We deden snel onze poncho’s aan en trokken de regencovers over onze rugzakken. Hierna keken we elkaar aan en beseften we toen dat we allebei in een felblauwe poncho met fluorescerende rode en groene rugzakken om nu niet bepaald klaar waren om incognito een grensovergang over te steken… We zagen maar één oplossing, en dat was om maar gewoon te gaan lopen. In een deuk liepen we de brug op. Deels van de spanning; onze tocht zou toch niet eindigen op een brug in Baskenland met een politielaars in onze nek?! Maar deels ook omdat het een hilarisch gezicht moest zijn, die twee levensgrote smurfen met lichtgevende rugzakken om! De grensovergang doemde op en het geluk was met ons. Alle douaniers zaten in een tentje om te schuilen voor de regen. We liepen zo casual mogelijk door zonder op of om te kijken. Nog 50 meter, nog 20, nog 5 en… we waren de grens over! Zwetend doken we na de brug de eerste zijstraat in en schoten een koffiebar in. Iets wat we 700 kilometer lang in Frankrijk niet waren tegengekomen!
Blijven wandelen
Alles viel op z’n plek en de volgende 900 kilometer zijn we niet één keer gecontroleerd terwijl er in Spanje een landelijk verbod gold op het reizen tussen gemeentes. En we zijn heel wat gemeentegrenzen gepasseerd kan ik je zeggen. Het moraal van het verhaal is, zo vertel ik de mensen dan, is dat je in het geval van iets wat lijkt op een probleem dat op je pad komt je gewoon moet blijven wandelen!
Over de auteur
Jordi Ramon (1967) is al bijna zijn hele werkzame leven ondernemer. Dat heeft geresulteerd in diverse mooie bedrijven, maar helaas zonder het beoogde resultaat dat nagenoeg elke ondernemer voor ogen heeft, op je vijftigste binnen zijn!
De Covid-situatie heeft hem en zijn vrouw Jacqueline in 2020 beroofd van hun horecabedrijven. Dat deed ze besluiten om alles af te sluiten en los te laten en naar Santiago de Compostella te gaan lopen om rust en vrijheid te vinden en al wandelend nieuwe inzichten te verkrijgen. En dat is ze gelukt! Op 12 juni 2021 kwamen ze na een tocht van twee en een halve maand en 1.600 kilometer aan in Santiago de Compostella. Eén van de dingen die op hun pad kwam was een enorme villa met een groot stuk grond in Cunit, even ten zuiden van Barcelona waar ze nu sinds hun aankomst in Santiago de Compostella wonen als beheerders en zo alle tijd hebben om hun ingeslagen pad verder te bewandelen.
Jordi en Jacqueline houden sinds het begin van alles wat ze het afgelopen jaar is overkomen een blog bij, www.sabbaticouple.com. Daar kun je precies nalezen wat ze allemaal hebben meegemaakt. Momenteel werken ze aan een boek en seminar gaan over flexibel omgaan met gebeurtenissen. Je kunt Jordi bereiken via jordi@ramon.world.