Wandelen op Sicilië: Tour de Etna
Met spanning kijk ik afgelopen maandag naar de derde etappe van de Giro d’Italia. Vanuit het midden van Sicilië vertrekt het peloton vandaag oostwaarts, vanaf Linguaglossa begint een pittige klim die eindigt op een weergaloze bestemming: de top van de Etna. Ik denk terug aan begin september. Mijn partner en ik waren in Sicilië. Hoewel wij ook de Etna op hadden kunnen fietsen; namen wij in plaats daarvan de auto en de benenwagen.
Tekst & beeld: Marijke Steenbergen | www.mareistverder.com
Etna Sud en Etna Nord
We zijn al een paar dagen op Sicilië. Vanaf het balkon van ons appartementje kijken we uit op de rokende Etna; een actieve vulkaan die regelmatig uitbarst. De laatste grote uitbarsting was in 2002. Er zijn twee manieren om de Etna te ‘beklimmen’. Vanuit Etna Sud, wat nogal toeristisch is, ga je met een kabelbaan omhoog en kom je dichtbij de hoogste krater op 3.300 meter hoogte. Vanaf Etna Nord zie je een aantal kleinere kraters en maak je een prachtige wandeling.
Gids Giuseppe
Het lijkt ons fantastisch om te wandelen in dit vulkanische lavalandschap, en daarom kiezen we voor Etna Nord. We rijden er met Giuseppe, onze gids, naartoe. We komen langs Pied de Monte, het geboortedorp van Giuseppe. “Un bellisimo villagio” roept Giuseppe enthousiast, maar voordat we het weten zijn we het minidorpje aan de voet van de Etna alweer gepasseerd. In Linguaglossa aangekomen, rijden we zo’n 15 km omhoog. We doen er circa 20 minuten over.
Meer weten over Wandelmagazine? Klik hier!
Monti Sartorius
We komen aan bij Rifugio (berghut) Citteli in een bosrijk gebied; de start van onze wandeling naar de Monti Sartorius. Deze ‘monti’, ofwel bergen, liggen op 1.667 meter hoogte en bestaan uit zeven oude kraters. Met Giuseppe lopen we het vulkaangebied in over een pad met fijn lavagesteente. Er staan uitzonderlijk witte berken langs het pad, die afsteken tegen het zwarte lava. Giuseppe vertelt ons dat dit het hoogst gelegen berkenbos van Europa is en dat de berken ook daadwerkelijk witter zijn dan in lager gelegen gebied. We lopen door, langs grote naaldbomen en oude lavastromen.
Lavagat
Niet veel verder komen we op open terrein en hebben we direct een prachtig uitzicht op de kraters van de Monti Sartorius. Met een fris windje in de rug wandelen we door het wijde, rustieke berggebied. We beklimmen de kegelvormige heuvels en kijken vanaf de rand de kraters in. Giuseppe toont ons een groot lavagat. Heel diep, dus gevaarlijk. Met respect staan we op het randje en kijken naar beneden.
We zien verschillende kleine kraters terwijl we heuvel op en af lopen. Grote wolken boven ons en onweergerommel ver weg. Het geeft de wandeling een mysterieus en onheilspellend tintje. Maar Giuseppe heeft het weer gecheckt en we hoeven niet bang te zijn voor storm en regen. Jammer is dat we de grootste en hoogste krater alleen van veraf kunnen zien. Desondanks genieten we van de bijzondere vegetatie, het gesteente en de prachtige uitzichten. Ontzag voor deze Monti Sartorius.
Lunch
Anderhalf uur later zijn we weer terug bij ons beginpunt. Bij Rifugio Citello sluiten we de wandeling af met een Siciliaanse lunch. Op houten picknickbanken tussen de dennenbomen gaan het broodje salami en de Siciliaanse wijn er wel in. Een slokje amandellikeur maakt het af als toetje.
Terug op het balkonnetje van ons appartement kijken we ’s avonds uit op de rokende berg die we een paar weken geleden hebben ‘bedwongen’. We kijken uit naar de Giro maar weten dan nog niet dat Kelderman en Kruiswijk hier goede zaken doen…
Over de auteur
Marijke Steenbergen (54) is parttime tekstschrijver en reist normaal gesproken de hele wereld over. Met gezin, vriendin(nen) of alleen. Maar nu even niet. Nu gaat ze in Nederland op zoek naar bijzondere plaatsen die vaak net even anders zijn, zoals de Klompenpaden in Utrecht en Gelderland. “Ik deel graag mijn verhalen en hoop anderen te inspireren”. Haar reisavonturen en (wandel)tips vind je op www.mareistverder.com