South Downs Way: Zuid-Engeland op zijn mooist
De iconische witte krijtrotsen aan de Engelse zuidkust kende je waarschijnlijk al. Maar wist je dat ook het binnenland van Zuid-Engeland buitenliefhebbers een hoop te bieden heeft? Nergens geldt dat zo sterk als in natuurpark de South Downs, een groene oase van rust tussen het drukke Londen en de badplaatsen aan de kust. Wie dit gebied écht wil leren kennen, kan daarvoor de South Downs Way lopen. Op deze langeafstandswandeling komt zo’n beetje alles langs wat je van Zuid-Engeland zou verwachten: glooiende graslanden, middeleeuwse plaatsjes en (inderdaad) de imposante witte kliffen aan de kust.
De South Downs
Met zijn oprichting in 2011, is het South Downs National Park het jongste natuurpark van het Verenigd Koninkrijk. Deze heuvelrug strekt zich uit over drie Zuid-Engelse graafschappen: Hampshire, West-Sussex en East-Sussex. Uit de naam van het park wordt al meteen duidelijk wat voor landschappen je hier kan verwachten: ‘downs’, oftewel golvende krijtheuvels bedekt met gras.
Maar de South Downs zijn nog veel meer dan dat. Naast de glooiende weilanden tref je hier namelijk ook bossen, akkers, heide, en schilderachtige dorpjes aan. Met toppen van tot zo’n 270 meter zijn de heuvels hier weliswaar niet uitzonderlijk hoog, maar ze kunnen je toch regelmatig met een steile klim verrassen. Afgezien van de drukke badplaatsen aan de kust (bekend om hun witte krijtrotsen) is het natuurpark bovendien vrij dunbevolkt, waardoor je hier vaak in alle rust loopt. Voor de meer culturele wandelaars zijn er daarnaast ook tal van historische monumenten te vinden, van het romeinse villacomplex bij Bury, tot aan de verdedigingswerken uit de Tweede Wereldoorlog van Newhaven.
Begin in Winchester
De South Downs Way doorkruist het nationale park in de volle breedte, van de binnenlanden in het noordwesten tot aan de kust in het zuidoosten. Je kan de ze National Trail uiteraard in beide richtingen wandelen, maar de meest gebruikelijke richting is van west naar oost.
In dat geval start je de wandeling vanuit Winchester, aan de rand van het natuurpark. Voordat je aan de wandeling begint, loont het beslist de moeite om hier eerst uitgebreid rond te kijken in het historische centrum. Tussen de negende en elfde eeuw was Winchester namelijk de belangrijkste stad van het middeleeuwse koninkrijk Wessex, en de sporen van dit rijke verleden zijn nog altijd goed zichtbaar. Speciale aanraders zijn de iconische kathedraal van Winchester, het achttiende-eeuwse gildehuis en de middeleeuwse Great Hall, waar de ronde tafel van Koning Arthur te zien is. Laatstgenoemde is in werkelijkheid overigens pas in de dertiende eeuw neergezet door koning Edward I.
De route
Eenmaal Winchester uit, wandel je de heuvels van de South Downs in. Hier wandel je door een heuvelachtig terrein, waarin glooiende akkers, graslanden en stukjes bos elkaar afwisselen. In het open landschap heb je regelmatig uitzicht op de bossen van het Weald in het noorden en de afgeronde heuvels in het zuiden. Geschiedenisliefhebbers kunnen hier hun hart ophalen bij Beacon Hill, een van de bekendste prehistorische heuvelforten van Engeland. Kort daarna volgt de klim van de Buster Hill, met zijn 270 meter het hoogste punt van de route, waar je op heldere dagen tot aan het Isle of Wight kan kijken.
Meer weten over Wandelmagazine? Ja graag!
Na de Buster Hill wachten je nog een reeks steile klimmen, waarbij je in enkele gevallen bijna 200 meter aan een stuk door stijgt. Het meest spectaculaire voorbeeld hiervan is de klim naar Devil’s Dyke, een 100 meter diepe V-vormige vallei die volgens de lokale legenden door de duivel zelf zou zijn uitgegraven. Naarmate je dichter bij de kust komt, maken de heuvels steeds meer plaats voor bloemrijke graslanden.
Voor de laatste etappe heb je twee opties. Je kan de route landinwaarts over Windover Hill nemen, met de mogelijkheid voor een kleine omweg naar de Long Man of Wilmington. Dit is een prehistorische uit de krijtheuvels gekerfde mensfiguur, met zijn 72 meter de grootste van Engeland. De tweede mogelijkheid is om direct naar de kust van het Kanaal te wandelen. Eenmaal bij de zee, wandel je vervolgens langs de rand van diverse witte kliffen, waaronder Beachy Head en de Seven Sisters, (een imposante krijtrots met zeven verschillende pieken). Beide varianten brengen je ten slotte naar de drukke badplaats Eastbourne, het eindpunt van de route.
Praktisch
De South Downs Way is in totaal 160 kilometer lang, een afstand die voor de meeste wandelaars in 8 tot 10 dagen te lopen is. Hoewel de paden technisch niet erg ingewikkeld zijn, klim je in totaal wel zo’n 3.800 meter. Een goede basisconditie is dus zeker vereist. Zowel Winchester als Eastbourne zijn vanuit Londen per trein bereikbaar. Langs de route staan diverse campings, maar je kan er ook voor kiezen om in B&B’s en hotels te overnachten. Deze kunnen soms behoorlijk snel vol zitten, dus vooraf reserveren is altijd aan te bevelen. Ook goed om te weten: het grootste deel van de South Downs Way is ook voor mountainbikers opengesteld. Houd er dus rekening mee dat je de paden mogelijk met fietsers moet delen.