terug

6 tips om van je strandwandeling een succes te maken

Rustig struinen door het zand, met op de achtergrond het ruisen van de golven en de geluiden van de zeevogels, terwijl je de zoute zeegeur inademt. Er zijn maar weinig dingen zo ontspannend als een strandwandeling. En het is nog extra gezond ook! Maar een wandeling over het strand vergt soms ook een net iets andere aanpak dan een doorsnee ommetje. Daarom hebben wij hier 6 tips voor je om van je strandwandeling een succes te maken.

1: Loop in de ochtend of avond

Misschien een open deur, maar het strand is natuurlijk niet alleen het domein van wandelaars. Zeker in de zomermaanden stromen grote delen van de Nederlandse kust vol met dagjesmensen die van de zo en zee komen genieten. Loop jij het liefste wat meer in de rust? Dan kun je het beste vroeg in de ochtend of wat later in de avond op pad gaan, als het deel van de massa weg is. Extra pluspunt: in de avond biedt het strand met de ondergaande zo een extra mooie aanblik. In de ochtend heb je dan weer het voordeel dat de temperatuur extra koel is. Vooral in de zomer is dat geen geringe winst.

2: Denk om de ondergrond

De ondergrond van je wandeling maakt sowieso een hoop verschil voor je wandelervaring, maar bij een zandbodem geldt dit nog iets meer dan elders. Over mul zand lopen is namelijk een vak apart: je zakt bij iedere stap iets weg in de grond, soms zelfs tot aan je enkels. Dit betekent dat wandelen over deze bodem meer inspanning kost en je ook minder snel vooruitkomt. Voor een kort stukje is dit geen ramp, maar bij een wat langere wandeling wordt het toch al snel vrij hinderlijk. In dat geval kun je daarom het beste dichter bij de zee gaan lopen. Nat zand is immers een stuk steviger dan droog, waardoor je daar een stuk beter over kan wandelen. Ook als je klachten aan je enkels of benen hebt kan je daarom beter in de buurt van de waterlijn blijven.

Foto: Unsplash

3: Houd rekening met eb en vloed

Als je ervoor kiest om dicht bij de zee te lopen, moet je ook rekening houden met eb en vloed. Anders kan het zomaar gebeuren dat je verrast wordt door het opkomende tij en (in de meest extreme gevallen), op een zandbank ineens door het water omringd worden. Met als gevolg natte voeten. Uiteraard wordt het meestal niet zó dramatisch, maar toch kan het geen kwaad om vooraf even de getijden te checken. Dit heeft namelijk nog een ander groot voordeel; zo kan je vooraf inschatten waar het zand nat en dus stevig zal zijn. Dit komt goed van pas bij het plannen van je wandeling.

4: Draag passende kleding

Hoe je strandwandeling eruitziet, hangt sterk af van het seizoen. In alle gevallen is het echter verstandig om met geschikte kleding op pad te gaan. ’s Zomers zal je vooral met zon en hitte te maken hebben, dus dan komen een zonnebril en een pet of hoed goed van pas. In de herfst of winter loop je daarentegen meer kans op stevige wind of snel omslaand weer. Daarom zijn laagjes en een wind- en regenbestendige jas in die seizoenen aan te bevelen. Verder is het aan te raden om geen lange of losse kleding te dragen. Dat soort kleren gaan in de wind namelijk in het rond flapperen, met de nodige hinder tot gevolg.

5: Blijf genoeg drinken

Bij een strandwandeling in de zomer is het belangrijk dat je je lichaamsvocht goed op peil houdt. Op het strand word je immers veel meer aan de zon blootgesteld dan normaal: er is weinig tot geen schaduw en de zandkorrels reflecteren de zonnestralen. Gecombineerd met het warme weer en de inspanning van het wandelen, verliest je lichaam zo veel meer vocht dan bij een doorsnee wandeling. Neem daarom voldoende drinken mee, zodat je dit weer kan aanvullen. Daarbij is het overigens beter om regelmatig kleine beetjes te nemen dan in één teug de hele fles leeg te drinken. Een goede vuistregel hierbij is om iedere 15-20 minuten een paar slokken te nemen.

Foto: Unsplash

6: Draag goede schoenen

Sommige mensen zweren bij blootvoets wandelen op het strand. Inderdaad is het heerlijk om met blote voeten door de opkomende branding te struinen. Maar voor wat langere afstanden kan je toch beter voor de oude vertrouwde wandelschoenen gaan. Als je op blote voeten loopt, heb je namelijk ook een stuk minder demping, waardoor je bij langer wandelen kans loopt op blessures. Zeker als je dit type wandeling niet gewend bent. Beter kan je in dat soort gevallen daarom voor stevige schoenen gaan. Het liefst met een hoge hals, want dan gaan ze niet zo snel vol zand zitten. Bovendien: als je met je schoenen op pad gaat, kan je ze onderweg nog steeds even uitdoen om te gaan pootjebaden (neem dan wel een handdoekje mee).


Meer weten over Wandelmagazine? Ja graag!



Bekijk ook deze items